Ga je eigen grasmat leggen! Graszoden leggen geeft zoveel voldoening, want je tuin ziet er weer als nieuw uit met een strakke groene mat. Zelf je eigen grasmat leggen voelt als je tuin een nieuw tapijtje geven. Lekker fris, zacht en mooi strak. Wij houden van groen, en hebben hieronder alles voor je opgesomd, zodat jij je tuin kunt voorzien van een nieuw gazon.
Bedenk van tevoren waarvoor je het gazon wil gebruiken. Is het bijvoorbeeld voor de kinderen, gebruik dan graszoden of graszaad van een sterke grassoort.
Bepaal waar je het gazon wilt hebben en zet met piketpaaltjes en touw de contouren van het gazon uit.
Maak een plattegrond van de tuin, zodat je kan experimenteren met verschillende afmetingen en vormen.
Voer een bodemanalyse uit met een doe-het-zelf setje. Is de grond te zuur (pH-waarde = < 5.5) gebruik dan kalk. Als de grond te basisch is (pH-waarde = > 6.0) heeft de bodem tuinturf nodig.
Verwerk compost in de bodem op 10 tot 15 cm diepte van de ondergrond.
Compost is niet alleen rijk aan voedingsstoffen, het is ook erg goed voor het doorluchten en waterhuishouding van de bodem.
Egaliseer de grond met een hark. Rol er vervolgens met de tuinwals overheen. Hark opnieuw totdat alle gaten en oneffenheden verdwenen zijn. Rol de grond opnieuw. Besproei de bodem met water en laat de ondergrond ongeveer 14 dagen rusten om in te klinken. Verwijder het onkruid. Hark en rol daarna nog een keer om eventuele nieuwe gaten te herstellen. Graszoden leggen zonder wals? Het is dan belangrijk om de grond stevig aan te stampen.
Huur een tuinwals bij Karwei. Je kan in plaats van een tuinwals ook een plank gebruiken, waar je vervolgens een paar keer overheen loopt.
Meet het totaal oppervlak van het aankomende gazon op om te weten hoeveel graszaad of graszoden je nodig hebt. Graszoden zijn per rol bijna 1 m2. Voor 40 m2 gazon gebruik je ongeveer 1 kg graszaad.
Rol de graszoden allemaal in dezelfde richting uit. Leg ze in steenverband(verspringend). Plaats ze tegen elkaar en druk ze met de voet stevig aan.
Graszoden kunnen in principe het hele jaar gelegd worden, met uitzondering van dagen waarop het vriest. De beste periode om deze klus uit te voeren is in het voor- of najaar.
Steek de randen van de graszoden af met een graskantsteker. Vul de naden op met potgrond. Leg langs de randen ook een laagje potgrond om uitdroging te voorkomen. Rol met de tuinwals de graszoden licht aan. Eerst in lengte van de zoden en een tweede keer haaks op de graszoden.
Besproei het nieuwe gazon om de dag met ruim water. Na minimaal 10 dagen kun je het gras maaien.
Check voor de zekerheid voordat je gaat maaien of de graszoden vastgegroeid zitten op de ondergrond.
Kies een windstille dag uit en zorg dat je de eerste vier stappen van dit klusadvies hebt doorlopen. Verdeel het graszaad in twee delen. Het eerste deel zaai je in de breedte van het gazon en het tweede deel van het graszaad in de lengte. De kanten krijgen wat extra.
De beste tijd van het jaar om gras te zaaien is tussen april en november
Hark het zaad voorzichtig en niet te diep in de grond. Rol met de tuinwals de ingezaaide bodem vlak.
Besproei met een nevelsproeier of broeskop het gazon twee tot driemaal per dag. Doe dit bij droogte ongeveer 14 dagen. Maai het gras als deze ongeveer 8 cm hoog is.
Rol voor de eerste keer maaien de bodem nog even aan. Zo voorkom je dat je met de maaier de graswortels uit de grond trekt. Stel de grasmaaier bij de eerste drie keer maaien hoger in.